Overlijden of opname in een verzorgingstehuis

Ik ben medehuurder

Stuur ons:

• Een bewijs van overlijden (uittreksel of rouwkaart)
• Een document waaruit blijkt dat je gehuwd of geregistreerd partner was (als je nog niet bij ons bekend was als medehuurder)
• Als je buiten Amsterdam woont: een uittreksel uit de Gemeentelijke Basisadministratie waarop jouw adres en de ingangsdatum van inschrijving op het adres staat
• Het aanvraagformulier wijziging tenaamstelling huurcontract - bij overlijden huurder met vermelding van de door jou gewenste tenaamstelling.
• De aanvraag wordt binnen een maand in behandeling genomen

Vervolgens passen wij de gegevens aan. Je ontvangt van ons een schriftelijke bevestiging van de contractoverschrijving. 

Ik woonde samen maar ben geen medehuurder

Stuur dan ook de volgende gegevens mee:

• Papieren waaruit blijkt dat je de afgelopen 2 jaar een duurzame gemeenschappelijke huishouding hebt gevoerd op het adres. Bijvoorbeeld: een samenlevingscontract, een gezamenlijke bankrekening of verzekering
• Jouw inkomensgegevens van de laatste 3 maanden
• Een uittreksel uit de Gemeentelijke Basisadministratie van jou en jouw partner (niet ouder dan 1 maand). Op het uittreksel staat jouw gezinssamenstelling, burgerlijke staat en voormalige (historische) adresgegevens.

Je betaalt €16,50 administratiekosten voor de wijziging. 

In sommige gevallen mag je in de sociale huurwoning blijven. Ook al ben je niet getrouwd en heb je geen geregistreerd partnerschap. Je kan contractovername aanvragen als je:

• meerderjarig bent;
• bewijs hebt van inschrijving bij de Gemeentelijke basisadministratie;
• bewijs hebt van een duurzaam gemeenschappelijke huishouding. Bijvoorbeeld een samenlevingscontract. gezamenlijke bankrekening of gezamenlijke verzekering. 

De kosten van een contractovername zijn €16,50. Stuur ons deze gegevens op.

Is de overleden persoon jouw partner?

Ben je achterblijver die met de huurder een lange gezamenlijke huishouding had en de woning als hoofdverblijf heeft? Na het overlijden van jouw partner kun je de huur 6 maanden voortzetten. Binnen deze 6 maanden moet je een verzoek bij de kantonrechter indienen om het huurderschap te kunnen verkrijgen.

De kantonrechter beoordeelt de contractoverschrijving en hanteert daarbij de volgende criteria:

• Is het hoofdverblijf in de gehuurde woning?
• Is er 2 jaar een duurzame gemeenschappelijke huishouding gevoerd?
• Is er voldoende financiële draagkracht?
• Komt de achterblijver in aanmerking voor een huisvestingsvergunning?

De administratiekosten voor het overnemen van het contract zijn € 16,50. 

Als een huurder overlijdt of moet worden opgenomen in een verzorgings- of verpleeghuis dan hebben achterblijvende kinderen in principe geen recht om in de woning te blijven wonen.

Dus je hebt niet automatisch het recht op de woning wanneer je met de overledene samenwoonde of bij de overledene inwoonde.

Achterblijver is inwonend en er is geen sprake van duurzame gemeenschappelijke huishouding

Als je in dit geval achterblijver bent, maak je geen aanspraak op de woning. Wij hebben geen verplichtingen jegens de inwonende. De woning moet 2 volle kalendermaanden na overlijden leeg worden opgeleverd. De erfgenamen zijn, bij aanvaarding van de erfenis, verantwoordelijk voor de oplevering en zullen hierover afspraken met de inwoner moeten maken. Neem contact met ons op voor meer informatie.

Vind jij dat er wel sprake is van een gemeenschappelijke huishouding (bijvoorbeeld omdat jij de mantelzorger van je ouder was)

Ben je achterblijver die met de huurder een lange gezamenlijke huishouding had en de woning als hoofdverblijf heeft? Neem contact met ons op voor meer informatie. Misschien moet je vervolgens een verzoek bij de kantonrechter indienen om het huurderschap te kunnen verkrijgen.

De kantonrechter beoordeelt de contractoverschrijving en hanteert daarbij de volgende criteria:

• Is het hoofdverblijf in de gehuurde woning?
• Is er 2 jaar een duurzame gemeenschappelijke huishouding gevoerd?
• Is er voldoende financiële draagkracht?
• Komt de achterblijver in aanmerking voor een huisvestingsvergunning?

Voor kinderen die na het overlijden van de ouder(s) achterblijven, zal de rechter het verzoek in principe pas toewijzen als het kind ouder dan is dan ca. 35 a 40 jaar.